Werkvormentool
Werkvormentool
De docenten van het Practoraat Mediawijsheid doen praktijkgericht onderzoek om nieuwe ideeën uit te proberen en kennis op te doen om de onderwijspraktijk te verbeteren. Hoe kun je in je online les toch werkvormen inzetten? Welke werkvormen zijn geschikt voor zowel de online als de offline les? En welke werkvorm past bij welke rol van de docent? Max Grootjen van het Mediacollege Amsterdam heeft onderzocht welke werkvormen ingezet kunnen worden bij de verschillende rollen van de docent. Ook heeft Max gekeken naar de online kansen van de werkvormen. Voor elke werkvorm heeft hij aangegeven in welke setting je deze het beste kunt inzetten.
Wil je meer weten over de zes rollen van de docent, klik hier.
Wat was de aanleiding voor je onderzoek?
De aanleiding was de concrete verandering binnen mijn eigen lespraktijk. Vanwege corona merkte ik dat het lesgeven anders werd. De interactie met studenten werd minder en sommige werkvormen werkten niet online. Aan de andere kant zag ik ook de kansen die online lesgeven met zich meebrengt. Daar wilde ik me verder in verdiepen.
In welke context vond je onderzoek plaats: les, klas, team, school?
Mijn onderzoek heeft plaatsgevonden binnen de kaders van het Practoraat Mediawijsheid en op het mediacollege waar ik zelf werkzaam ben. Ik geef les op de opleiding Audiovisueel. Mijn collega’s liepen tegen dezelfde problemen aan. We zijn met elkaar heel innovatief geweest met het heruitvinden van onze eigen praktijk. Mijn collega’s hebben mij geholpen met het verzamelen van werkvormen. Sterker nog: er staan werkvormen die zij bedacht hebben op de website!
Wat wilde je te weten komen?
Ik was op zoek naar manieren om het online onderwijs in zijn kracht te zetten. Online lesgeven brengt namelijk talloze kansen met zich mee.
Wat wilde je opleveren?
Ik was voor mijzelf, maar ook voor anderen, op zoek naar handvatten om inzichtelijk te maken wat je per rol van de docent kunt doen in een hybride of blended setting. Ik wilde een tastbare tool ontwikkelen waar je naar terug kunt blijven gaan voor inspiratie.
Hoe heb je je onderzoek aangepakt: informatie vinden, experts bevragen et cetera?
Ik ben in de literatuur gedoken om te kijken wat er allemaal al geschreven was. Het SAMR-model − substitution, augmentation, modification, redefinition − vind ik erg interessant. Vooral de redefinition spreekt me aan; de R gaat namelijk uit van de positieve kansen van de technologie en maakt het mogelijk om iets te doen wat zonder technologie niet lukt. Dit zijn in deze context de werkvormen die je alleen online kunt inzetten.
Waar liep je tegenaan?
De vormgeving. Samen met collega’s hebben we best wel lang nagedacht over de vormgeving van de tool. Uiteindelijk bleek een website de beste manier te zijn om de werkvormentool te ontwikkelen.
Wat gaf je energie?
Positieve reacties vind ik altijd erg fijn. Vooral tijdens de ontwikkeling van de werkvormentool kreeg ik steeds meer door dat anderen ook enthousiast werden. Dat werkt best aanstekelijk. Ik heb met mijn collega’s van Audiovisueel een half uur lang werkvormen in Padlet verzameld om te gebruiken. Iedereen was heel behulpzaam en betrokken. Dat werkte heel energieopwekkend.
Wat hebben andere docenten aan je onderzoek?
Andere docenten kunnen de werkvormentool gebruiken wanneer zij bezig zijn met hun lesvoorbereiding. Voornamelijk als je ergens vastloopt of op zoek bent naar inspiratie, kan deze tool behulpzaam zijn.