Omgaan met (sociale) media.
Argumenten voor en tegen de stelling.
De student maakt gebruik van sociale media en is hierop actief. De student volgt mogelijk ook af en toe het nieuws en krijgt in enige mate mee dat er oorlog is in Oekraïne. De student is zich niet bewust van de invloed van (sociale) media op de beleving van de oorlog in Oekraïne.
Vertel de studenten dat deze les gaat over de media en de oorlog in Oekraïne. Laat studenten via Mentimeter in een woordwolk reageren op de volgende vraag: Waar denk je aan bij de twee woorden ‘media’ en ‘oorlog’?
Bespreek de reacties. Waarom hebben studenten bepaalde woorden gekozen? Zijn er studenten die hun antwoord willen toelichten?
Bekijk met de klas de video van het college van Mark Deuze van Tegenlicht.
Om de video beter begrijpelijk te maken voor de student, kun je op verschillende momenten het beeld stilzetten om in gesprek te gaan over de inhoud. Je kunt dan het verhaal van Mark Deuze wat concreter maken en de studenten vragen stellen. Vertel vooraf al tegen de studenten dat je het beeld regelmatig stil gaat zetten, zodat ze weten dat ze bevraagd kunnen worden over wat ze hebben gezien. Zet de video op één of meerdere van de volgende momenten stil:
- 5:08. Stel studenten de volgende vragen:
- Wat bedoelt Mark Deuze met de vergelijking van media in ons leven met vissen in het water?
- Wat vind je van deze vergelijking? Ben je het ermee eens of oneens dat ons leven net zo verbonden is met media als vissen met het water waarin ze zwemmen?
- 8:26. Mark Deuze vertelt erover hoe de oorlog van Oekraïne dichtbij komt via sociale media. Vraag aan de studenten:
- Herken je dit?
- Heb jij ook zo dichtbij beelden gezien op je eigen sociale media?
- Wat vond je daarvan?
- 22:15. Ga met de klas in gesprek over het volgende punt dat Mark Deuze maakt: De waarheid wordt steeds lastiger om te achterhalen, maar we hebben meer informatie over de oorlog dan ooit. Dat lijkt een tegenstelling. Vraag de student:
- Wat wordt er bedoeld met deze uitspraak?
- Hoe komt het dat er zoveel informatie beschikbaar is, maar het toch lastig is om te bepalen wat de waarheid is?
- 31:38. Mark stelt verschillende vragen: hoe houd je jezelf staande in die grote hoeveelheid media? Hoe vind je nog waarheid? Vraag de student:
- Wie heeft ook wel eens het gevoel dat je verzuipt in de grote hoeveelheid media?
- Hoe komt dat?
- Wat doe je op zo’n moment?
- 32:06. ‘We zijn eigenlijk helemaal niet machteloos’. Bespreek met de student:
- Wat wordt hier bedoeld?
- Waarom hebben wij door onze clicks invloed?
Laat studenten in een tweetal ongeveer twee minuten nabespreken wat ze van de documentaire vonden. Wat hebben ze ervan opgestoken? Wat wisten ze nog niet? Wat vonden ze interessant?
Opdracht 1 (20 min)
Vertel dat de studenten argumenten voor of tegen de volgende stelling gaan bedenken: Door sociale media is de waarheid moeilijker te achterhalen.
Verdeel de klas in twee groepen. De ene groep bedenkt argumenten voor de stelling, de andere tegen de stelling. De studenten krijgen vijf minuten de tijd om argumenten met elkaar te bedenken. Zet daarna de stoelen zo neer dat de studenten uit de twee groepen elkaar kunnen aankijken. Debatteer volgens de Lagerhuis-methode.
Bij deze debatvorm geef jij als docent de beurten en gaan de studenten staan als ze iets willen zeggen; ze spreken dus pas als jij hen de beurt hebt gegeven. Loopt het debat wat stroef? Haal dan de argumenten die je hoorde tijdens de voorbereiding aan en help je studenten zo op weg. Laat het debat vijf minuten duren, of iets langer of korter. Stop altijd óp het hoogtepunt en niet erna. Sluit daarom niet af na een lange stilte, maar laat het debat eindigen net na de zin van een student.
Opdracht vereenvoudigd – extra uitleg
Laat studenten in tweetallen kiezen of ze argumenten voor of tegen de stelling willen bedenken. Hier krijgen ze tien minuten de tijd voor. Vervolgens zoeken ze een tweetal op dat tegengestelde argumenten bedacht heeft en wisselen zij hun argumenten uit. Begrijpen ze elkaars argumenten? Kunnen ze zich erin vinden? Waarom wel of niet? Bespreek klassikaal per groepje van twee tweetallen wat het interessantste of opvallendste argument was.
Verdiepingsopdracht
Laat studenten op hun telefoon of laptop gaan naar de website: https://app.nos.nl/op3/russisch-internet/#/
Deze website van de NOS geeft een inkijkje in de telefoon van een Rus ten tijde van de oorlog in Oekraïne. Nieuwe blokkades en wetten beïnvloeden wat een Rus online kan doen én zien. Je gaat zelf ervaren hoe het is als je niet overal toegang tot hebt. Gevolg: een ander internet dan je kent.
Laat studenten individueel of in een tweetal kijken. Laat de volgende vragen beantwoorden:
- Wat is het verschil tussen jouw eigen telefoon en deze telefoon?
- Wat valt je het meest op?
- Van welke app had je wel verwacht dat hij niet zou werken?
- Over welke app ben je verbaasd dat deze niet werkt?
Bespreek de les na door de studenten nogmaals naar Mentimeter te laten gaan. Ze geven antwoord op de volgende vragen:
- Wat vond je van de video?
- Wat heb je geleerd wat je eerst nog niet wist?
- Welk argument vond je het best tijdens het debat?
- Met wat voor gevoel ga jij na de les naar huis?
Bespreek enkele reacties die zijn gegeven.