Media doorgronden.

Reflecteren op mediagebruik.

Omgaan met (sociale) media.

• De student kan aan het einde van de les benoemen op welke manieren reclamemakers inspelen op de consument.

Korte pitch.

De studenten nemen dagelijks media tot zich, maar zijn zich niet bewust van de sturing van een (media)boodschap.

Begin de les met een uitleg over de term ‘medialisering’.

Medialisering: de media vervullen een steeds centralere rol in de samenleving. De media zijn de toegangspoort tot kennis, begrip, emotie, ontwikkeling en ervaring, en op die wijze zowel subject als object van een epistemologisch proces van beïnvloeden. Onze manier van denken vindt in toenemende mate zijn uitdrukking in de massamedia. Dat we nu met onze eigen persoonlijke pagina’s op de verschillende platformen nieuws kunnen creëren is zeer van deze tijd. Actie-reactie: en hoe gaan we daar met z’n allen mee om?

Dat iedereen zijn eigen nieuws kan creëren wil ook zeggen dat je goed moet nadenken over de bron. Waar lees je het? Hoe brengt de maker het nieuws? Bij het maken van nieuws komt selectie kijken. De maker bepaalt wat hij de wereld instuurt. Laat deze video zien. Er zijn verschillende manieren hoe je naar een situatie kan kijken. In deze video kan je de hoofdpersoon zien als een crimineel maar ook als een held. Een invalshoek kan bepalen hoe we ergens naar kijken. Als je op straat loopt, bepaal je dit zelf maar beelden die je ziet op tv of op internet zijn van tevoren gemonteerd. Dit wil zeggen dat iemand anders bepaalt wat jij te zien krijgt.

De sturing van een boodschap gebeurt niet alleen bij nieuws maar bij allerlei vormen van communicatie. Vooral bij reclame, omdat de maker van een reclameboodschap graag wil dat jij uiteindelijk het product koopt.

Vraag aan de klas: wat is goede reclame?  Wat moet goede reclame bevatten?

Laat studenten antwoord geven via Padlet.

Suggesties:

1. Originaliteit
2. Duidelijkheid
3. Overtuigingskracht
4. Ambachtelijke kwaliteit
5. De want-to-see-again-factor
6. Relevantie
7. Verschil met de concurrentie
8. Consistentie met eerdere campagnes
9. Geloofwaardigheid
10. Activerende werking

Geef voorbeelden van bekende slogans (op bord schrijven) en laat studenten inzien wat voor invloed bedrijven hebben (I’m loving it, steeds verrassend altijd voordelig, vier uur Cup-a-soup, Have it your way, Just do it).

Voorheen werden de meeste reclames op televisie bekeken, maar tegenwoordig is dat niet meer het geval. De meeste mensen worden bereikt via internet. Een heel ander medium. Als mediamaker weet je nooit zeker of iemand wel echt naar de televisie kijkt. Misschien sta je net op om drinken te halen of staat de televisie wel aan, maar kijkt er eigenlijk niemand. Om er zeker van de zijn dat de reclameboodschap effect gaat hebben, worden gepersonaliseerde reclames ingezet. Dit wil zeggen dat jij een reclame op je Facebookpagina te zien krijgt, die je zus of broer niet ziet. Als reclamemaker kan je heel specifiek aangeven voor wie de reclame is bedoeld. Welk geslacht, welke leeftijd, welke interesses. Je betaalt alleen voor de mensen in jouw doelgroep.

Naar verwachting blijft het niet alleen bij het internet, want ook oudere media zoals de televisie zouden graag meer geld verdienen door persoonlijke reclames in te zetten (NOS).

Opdracht 1

Wat zijn de voor- en nadelen van persoonlijke reclames? Laat de studenten antwoord geven via Padlet. Bij de indeling van de Padlet kan er al een tweedeling worden gemaakt zodat de antwoorden ‘voor’ en ’tegen’ niet door elkaar gaan staan. Daarnaast is het mogelijk om achteraf antwoorden te koppelen met elkaar zodat studenten bijvoorbeeld met elkaar in discussie kunnen.

Enkele suggesties voor de docent:

• Voor: persoonlijke reclames zijn heel efficiënt: je weet zeker dat de kijker/lezer/luisteraar is geïnteresseerd in het onderwerp. De kans dat iemand overgaat tot een aanschaf is dus veel groter.
• Voor: persoonlijke advertenties krijgen daarom ook meer aandacht en worden als minder vervelend ervaren omdat er interesse is voor het onderwerp.
• Tegen: een steeds grotere groep consumenten maakt zich druk over hun privacy.
• Tegen: cookies kunnen je gedrag opslaan wanneer je online aan het winkelen bent, maar wanneer je vervolgens een dag later de schoenen offline koopt is dat niet bekend. Het wil dus niet zeggen dat een persoonlijke advertentie altijd relevant is.

Opdracht 2

Laat de studenten in groepen zoeken naar een reclame waarvan zij vinden dat die de boodschap het beste overbrengt. Na het zoeken moeten de groepen hun bevindingen presenteren aan de klas en verklaren waarom de reclame succesvol is.

Was het moeilijk om een goede boodschap te vinden? Waren er meningsverschillen binnen de groep?