JE HEBT ONS GEHACKT

emoji

Dan is deze conferentie echt wat voor jou!

Vrijheid van meningsuiting

Onder de noemer vrijheid van meningsuiting wordt op het internet heel veel gezegd. De student leert dat er een grens is aan de vrijheid van meningsuiting.

Vrijheid van meningsuiting
Tijdsduur:
60 min.
Mbo-niveau:
3 | 4
Benodigdheden:
-
In te zetten bij:
Burgerschap | Mediawijsheid

Competentie

Thema

Omgaan met (sociale) media.

Lesdoelen

  • De student kan uitleggen dat er een grens is aan de vrijheid van meningsuiting.

Te leveren producten

Niet van toepassing.

Beginsituatie

Studenten weten wat vrijheid van meningsuiting betekent. De studenten hebben niet eerder ervaren dat deze vrijheid niet voor iedereen vanzelfsprekend is en dat het verkondigen van een mening ervoor kan zorgen dat anderen worden beledigd.

Vooruitkijken - 30 min

Wat is vrijheid van meningsuiting? Mag je met dit grondrecht maar alles roepen wat je vindt? Mag je de Koningin uitschelden voor hoer? Of een heilig boek achterlijk noemen?

Allereerst is het belangrijk om te zeggen dat elke vrijheid, ook de vrijheid van meningsuiting, een grens heeft. Want wanneer we bij vrijheden niet bepalen waar de grens ligt dan kunnen we ook niet genieten van deze vrijheid.

Denk bijvoorbeeld aan onze persvrijheid. In Nederland hebben we verschillende media met allerlei achtergronden. Iedereen in Nederland kan op die manier de krant lezen, naar de radio luisteren of een tijdschrift lezen. In China daarentegen, is er alleen staatstelevisie. Een zender waarbij het nieuws bepaald wordt door de overheid. Een Chinees kent dus niet de vrijheid van keuze en luistert daarom altijd naar zenders vanuit dezelfde bron. Daarom zeggen we dat er in China geen persvrijheid heerst.

Om te kunnen bepalen wat meningsvrijheid is, moeten we dus zoeken naar de grens. Wanneer is het geen meningsvrijheid meer? Volgens filosoof Rob Wijnberg moet je wel een doel hebben met de mening die je verkondigt. Als iedereen gaan gewoon roepen wat die denkt, verandert ons recht op vrijheid van meningsuiting in een vrijheid tot geluid te maken.

We bekijken de korte film ‘Tricko’ van Movies That Matter. Bij deze film horen onderstaande kijkvragen.

Uitvoering - 20 min

Opdracht 1 – Kijkvragen

  1. Hoe laat de regisseur zien dat de klant vaderlandslievend en gelovig is? Je ziet een kruis en een foto van hemzelf in militair uniform in zijn auto.
  2. Wat staat er op de voorkant en de achterkant van het T-shirt van de winkelier? Voorkant: God is dead. Nietzsche. Achterkant: No, Nietzsche is dead. God.
  3. Welke overeenkomsten en verschillen zijn er tussen de winkelier en de klant? Overeenkomsten: beiden houden van
 honkbal, de Verenigde Staten en beiden zijn (waarschijnlijk) gelovig.
Verschillen: de klant vindt Slowakije een goed land, de winkelier is het daar niet mee eens. Ze hebben een verschillende opvatting over de vrijheid van meningsuiting.
  4. De klant zegt: ‘Dat je met dit T-shirt onder de Amerikaanse vlag staat, is een belediging voor veel Amerikanen.’ Waarom is dat volgens hem een belediging? In de Verenigde Staten gaan liefde voor vaderland en God vaak hand in hand. 
Dat blijkt wel uit de tekst: ‘May God bless America’, die ook door presidenten wordt gebruikt in speeches.
  5. De winkelier zegt: ‘Het is mijn eigen terrein’. Vind je dat een goed argument? Onderbouw je antwoord.
  6. Zou jij het een belediging vinden als iemand 
met deze tekst onder de Nederlandse vlag staat? Waarom wel of niet? Vraag door: hoe zouden studenten het vinden als iemand met een beledigende tekst over bijvoorbeeld de koningin onder de vlag staat? Wat betekent de vlag voor de studenten?

Opdracht 2 – Discussie

In 1882 schrijft Nietzsche: ‘God is dood. En wij hebben hem gedood!’
 Volgens Nietzsche gaat de ontwikkeling van wetenschap ten koste van het geloof. Uiteindelijk
zal de wetenschap God ‘doden’. Bespreek met de klas of en hoe de wetenschap God en/of godsdienst kan ‘doden’? Nietzsche zag in zijn tijd machtige stromingen als het rationalisme en de nieuwe wetenschap opkomen, die God ongeloofwaardig maakten, die zichzelf boven God stelden en zo het christelijke wereldbeeld ten val brachten: God is dood!

De winkelier vergelijkt de klant met een lid van de Taliban. Waarom maakt hij die vergelijking? De klant is in zijn ogen een extremist die geen andere opvatting dan die van hemzelf tolereert. 


Extra opdracht (verdieping)

Het boek ‘Vernon God little’ geschreven door D.B.C. Pierre gaat over een 15-jarige Amerikaanse schooljongen. Hij wordt verdacht van medeplichtigheid aan moord. Omdat hij zich niet kan verdedigen, vlucht hij en laadt daardoor meer verdenking op zich. Hieronder een quote uit het boek:

Papa God growed us up till we could wear long pants; then he licensed his name to dollar bills, left some car keys on the table, and got the fuck outta town.’ Water rushes to his eye-holes. ‘Don’t be lookin up at no sky for help. Look down here, at us twisted dreamers.’ He takes hold of my shoulders, spins me around, and punches me towards the mirror on the wall. ‘You’re the God. Take responsibility. Exercise your power.

Geef antwoord op de volgende vragen:

  1. Wat bedoelt de schrijver met de quote?
  2. Is de tekst een belediging?
  3. Waarom is de vrijheid van meningsuiting voor een boekenschrijver anders dan voor een journalist?
  4. Herschrijf de alinea in je eigen woorden en probeer de boodschap net zo krachtig over te laten komen.

Terugkijken - 10 min

De eerste opdracht wordt klassikaal besproken.

 

Dit is een product van het Practoraat Mediawijsheid. Onze lessen vallen onder de Creative commons licentie